De fietsstraat in de wet verankerd, een kwestie van cultuur

dinsdag 3 oktober 2017
timer 3 min
De fietsstraat in Nederland is een mooie suggestie, maar er staat geen letter over in de wet. In Vlaanderen is dat wel anders.

In een speciaal opgesteld wetsartikel staat in de Vlaamse Wegcode de fietsstraat expliciet vermeld. Met het welbekende bordje treden automatisch twee regels in werking: een maximumsnelheid van dertig kilometer/uur en een inhaalverbod voor motorvoertuigen.

 

De regels zijn ingesteld na een experiment door de stad Gent, legt Wout Baert van het Fietsberaad Vlaanderen uit: “In Gent schuwen ze het experiment sowieso niet met de leefstraat en de schoolstraat, waarbij gemotoriseerd verkeer dertig minuten voor en na de piekmomenten bij scholen wordt geweerd.” Inmiddels volgen meer steden en gemeenten. Baert: “Je merkt dat het leeft.”

 

Dat Vlaanderen ervoor koos om de fietsstraat in de wet op te nemen, is vooral een kwestie van cultuur, denkt hij. “De Belgische aanpak is er toch vaak een van zaken juridisch toedekken en borgen, terwijl jullie in Nederland vooral op zelfregulering zijn gericht. Als je het maar goed inricht, gedraagt het verkeer zich vanzelf zoals je wil.”

 

In de aanbevelingen van het Vlaamse Fietsberaad staat dan ook een aantal aanvullende adviezen op het gebied van weginrichting, verkeerscirculatie en wegkarakter. Zo adviseert men fietsstraten niet te lang te maken, omdat automobilisten anders wel erg lang achter fietsers moeten blijven hangen en geneigd zijn de regels aan hun laars te lappen. “In zo’n geval volstaat dan een zone-30 (30 km/uur-gebied, red.) meer, omdat je daar in principe wel mag inhalen”, aldus Baert. Ook adviseert het Fietsberaad Vlaanderen om fietsstraten aan te leggen op plekken die al veel door fietsers worden gebruikt.

 

De wettelijke verankering heeft ook een licht ongunstig bijeffect. “Sommige gemeenten kiezen er met name in het beginstadium voor, om alleen een bord bij een straat neer te zetten met eventueel nog een silhouet op straat. Dan is het wettelijk weliswaar geregeld, maar de vraag is of men zich daarnaar gaat gedragen. Gelukkig zie je in een later stadium vaak wel dat de infrastructuur alsnog wordt aangepast. Dan is het ook beter verdedigbaar naar de bevolking, omdat de wettelijke situatie immers niet verandert.”

 

Het heeft wel als voordeel dat het standaard in de rijopleidingen wordt meegenomen. Zou hij een wettelijke verankering ook in Nederland adviseren? Baert moet een beetje lachen: “Ik vind het wat moeilijk om vanuit Vlaanderen Nederland te adviseren op fietsgebied. We spreken misschien wel dezelfde taal, maar onze cultuur en wetsbesef zijn wel heel anders. Daar moet het bij passen.”


Door: Vincent Wever. Dit artikel komt uit Verkeer in Beeld #4 van 2017.

Foto: Stad Gent, Jeroen Willems