Dick de Waard: "Overschat technische ondersteuning voor ouderen niet"
Door Karin Broer
Met de komst van allerlei technische ondersteuningssystemen, zoals navigatie, Advanced Cruise Control (ACC), Lane Change Collision Warning System (LCCW), lijken de toekomstige mogelijkheden voor ouderen om aan het verkeer te blijven deelnemen groot. Maar hoogleraar Dick de Waard waarschuwt voor al te groot optimisme. Systemen moeten namelijk wel toegesneden zijn op wat mensen kunnen. "De vraag blijft hoe informatie van dergelijke systemen het best aangeboden kan worden. Immers, ouderen hebben meer moeite met het verdelen van aandacht. Hoe ondersteun je nu op een goede manier?", vraagt De Waard zich af.
In zijn oratie haalt hij een experiment op de rijsimulator aan met een eenvoudig ondersteuningssysteem dat een aansporing gaf bij te langzaam rijden op de invoegstrook. Dat bleek helemaal niet te werken. De aansporing ‘maak meer snelheid’, leidde juist tot stress bij ouderen. Maar hij geeft ook aan dat ouderen eerder verstandig omgaan met technische ondersteuning. Anders dan jonge bestuurders, varen ze niet blind op het systeem en blijven ze zelf nadenken.
Early Adopters
Ouderen zijn verder helemaal niet zo bang voor nieuwe systemen. Het zijn juist vaak ‘early adopters’ zegt De Waard, en ze hebben de wil om nieuwe technologie te leren gebruiken. Voor acceptatie van dergelijke systemen moeten deze wel 100 procent betrouwbaar zijn, en dat zijn systemen als ACC en LCCW nog lang niet. Ook de automatisch rijdende auto laat nog wel even op zich wachten als oplossing voor mobiliteitsbehoud van ouderen. Ook hier is vertrouwen nog een lastige kwestie. De Waard haalt ervaringen uit de luchtvaart aan waarbij piloten zich afvroegen wat de automatische piloot aan het doen is.
Simpele infrastructurele ingrepen
Een belangrijke andere manier om de mobiliteit van ouderen te verlengen, is de infrastructuur aanpassen. De Waard heeft meegewerkt aan tal van onderzoeken op dit terrein en in zijn oratie brengt hij enkele conclusies samen. Infrastructurele oplossingen die het ouderen gemakkelijk maken zijn vaak verrassend simpel: een middeneiland bijvoorbeeld zorgt ervoor dat de oversteek in twee fasen plaats kan vinden, waarbij de aandacht telkens op één verkeersstroom gericht kan worden. Dit geeft de oudere meer tijd. Verkeerslichten worden door ouderen vaak prettig gevonden, maar De Waard wijst er op dat ouderen vaak moeite hebben op tijd de andere kant te halen. De snelheid van het autoverkeer is ook voor de veiligheid van oudere langzame verkeersdeelnemers van cruciaal belang.
Nieuwe master
Tot slot kondigt De Waard aan meer onderzoek aan naar ‘de ouder wordende verkeersdeelnemer, al dan niet met cognitieve aandoeningen’. Ook in het onderwijs aan de RUG komt er meer aandacht voor deze doelgroep. In september start een nieuwe Master Traffic Psychology and Sustained Mobility, die zich zal richten op ‘mobiliteitsbehoud door aanpassing van de infrastructuur, door technologische aanpassingen in en om het voertuig, en door het geven van advies op maat aan verkeersdeelnemers.’