Fietsparkeren maakt inhaalslag

donderdag 21 juni 2018
timer 4 min
Het vakgebied fietsparkeren staat in de kinderschoenen ten opzichte van het parkeren van auto's - alsof we niet geleerd hebben van het verleden. De geparkeerde fiets is al op veel plaatsen met name de voetganger aan het verdringen. Er is sprake van een gebrek aan regulering, kwantiteits- en kwaliteitskaders. Dat kan anders. Sterker nog... het moet anders

Toen de auto in de jaren 60 en 70 steeds massaler gebruikt werd, kwam de ruimte voor voetgangers en fietsers in het gedrang. Dit heeft mede geleid tot de toepassing van parkeernormen, regulering en kwaliteitskaders voor autoparkeren, om de parkeerruimte zowel kwantitatief als kwalitatief inpasbaar te maken. Een ervaring die we nog niet (h)erkennen bij het grote succes van het toenemende fietsgebruik. De ontwikkelaar bepaalt of goede fietsparkeervoorzieningen worden gerealiseerd, met name bij bestemmingsfuncties zoals winkels, kantoren en horeca. Als de ontwikkelaar het niet doet is in de praktijk de realisatie van fietsparkeervoorzieningen vaak de verantwoordelijkheid van de gemeente als beheerder van de openbare ruimte.

Regelgeving

Kort door de bocht bevatten het Bouwbesluit 2012 en de geplande opvolger ervan alleen eisen voor (fiets-)bergingen bij woningen. Voor andere functies zoals winkels, kantoren en horeca gelden in de praktijk geen eisen aan fietsparkeervoorzieningen, bij gebrek aan recente regelgeving. Gemeenten kunnen kwantiteits- en kwaliteitseisen aan fietsparkeervoorzieningen alleen stellen via het (paraplu-)bestemmingsplan of via een Nota (fiets)parkeernormen.

Nota (fiets)parkeernormen

Een gemeente die geen fietsparkeernormen en kwaliteitseisen heeft benoemd in de Nota (fiets)parkeernormen kan dus alleen eisen stellen aan de aanwezigheid van fietsbergingen bij woningen, en heeft voor de overige functies geen eisenkader. Een eenvoudige, doeltreffende oplossing is het toevoegen van één hoofdstuk aan de Nota Parkeernormen, met de fietsparkeerkencijfers van het CROW als normenkader en de richtlijnen uit de Leidraad fietsparkeren als kwaliteitskader voor het ontwerp van de fietsenstallingen. Niet iedere gemeente heeft immers de behoefte aan een uitgebreid verhaal, maar hiermee is wel een belangrijke eerste stap gezet voor het realiseren van voldoende fietsparkeerplaatsen van voldoende kwaliteit.

 


Een grotere stap is het opstellen van eigen fietsparkeernormen en kwaliteitskaders voor het stallen van fietsen. De kwaliteit van de fietsvoorzieningen is uiteraard van essentieel belang. De Leidraad Fietsparkeren van het CROW biedt goede richtlijnen voor kwaliteitseisen. Een goed bereikbare fiets wordt vaker gebruikt dan een fiets die in een diepe kelder met een te steile en te smalle trap is weggestopt, terwijl de auto voor de deur geparkeerd is. Fietsparkeren op de begane grond heeft daarom een sterke voorkeur. De sociale veiligheid van de voorzieningen is een belangrijk aandachtspunt; ook moet de ontsluiting comfortabel zijn en bij wat hogere intensiteiten in twee richtingen tegelijk bruikbaar zijn, met fietsgoten aan beide zijden indien sprake is van hoogteverschillen.

Afwijkende fietsen

Een nota kan tevens eisen stellen aan de mogelijkheden voor het stallen van 'afwijkende fietsen', zoals fietsen met brede banden of met kratten op het stuur, elektrische fietsen en bakfietsen, en eventueel scooters en bromfietsen. Ook aan de fietsenrekken zelf kunnen eisen worden gesteld. Bijvoorbeeld aan de hart-op-hart-afstand van fietsenrekken; als de fietsen wat verder uit elkaar staan is het gebruik comfortabeler. Of dat ze voldoen aan de eisen van de Stichting FietsParKeur.


Dankzij het Bouwbesluit hebben appartementencomplexen vaak bergingen die onderdeel zijn van de woningen. Ze worden zelden gebruikt voor het stallen van fietsen, die vervolgens op straat staan. De mogelijkheid in de nota om een gemeenschappelijke fietsenstalling voor de bewoners als gelijkwaardige oplossing te hanteren, kan ontwikkelaars verleiden hiervoor te kiezen uit oogpunt van lagere bouwkosten en een eenvoudigere oplossing van het fietsparkeren. Daardoor is de fiets dus beter bereikbaar. Enkele gemeenten staan een lichte afname van de parkeernormen voor auto’s toe als extra fietsparkeerplaatsen van voldoende kwaliteit worden gerealiseerd.

Wie volgt?

Het opstellen van eisen voor fietsparkeren zal het gebruik van de fiets verbeteren, maar leidt uiteraard ook tot een ingewikkeldere opgave op de vaak beperkte ruimte op de begane grond van ontwikkelingen of het maaiveld eromheen. Het is echter evident dat de fiets een belangrijke plaats verdient, en dat betrokken partijen daar meer rekening mee gaan houden. De aangewezen partij om daarvoor het voortouw te nemen is de gemeente. Een aantal gemeenten heeft de inhaalslag inmiddels ingezet met een Nota (fiets)parkeernormen, wie volgt?

Door Martin Blankendaal, Spark. Dit artikel is verschenen in Verkeer in Beeld 03/2018.

Foto: Pascal Blanchet