Mobiliteitstransitie: veel vragen, weinig concrete oplossingen

dinsdag 12 februari 2019
timer 3 min
Binnen de mobiliteitstransitie hangen veel vragen boven de markt waarvoor nog geen concrete oplossingen zijn. De discussie 'van wie de data is' moet steviger gevoerd worden. En de samenwerking tussen publieke en private partijen moet beter, net zoals die tussen verkeerskundigen en data-analisten.

Dat waren de belangrijkste uitkomsten van de ‘Smart Mobility’-middag op Biind Brainz op 7 februari. Met een keynote van Marije de Vreeze (Connekt) en sessies van Jan Brink (Rijkswaterstaat), Parvin Hoseini (Provincie Noord-Holland), Luc Wismans (Goudappel Coffeng) en Ronald van Katwijk (Vialis). In grote lijnen, aldus De Vreeze, moeten we innoveren in modaliteiten én businessmodellen om de mobiliteitstransitie in goede banen te leiden.

Mixed fleet

Jan Brink (Rijkswaterstaat) zegt ‘positief realistisch te zijn’ dat we de transitie tot een goed einde brengen. Hij schetst de enorme vervangingsopgave van objecten, zoals bruggen en viaducten, die ons te wachten staat. Ondertussen worden brandstofauto’s uitgefaseerd, terwijl zelfrijdende auto’s naar ‘level 4’ moeten. Daardoor blijft er tot 2046 een mixed fleet rondrijden. Om die overgang succesvol te laten verlopen, is meer publiek-private samenwerking van belang.

iVRI’s

Maar daarin heerst wel een spanningsveld, erkent Ronald van Katwijk (Vialis). Een VRI gaat zo’n 60 tot 80 jaar mee. Maar als er straks alleen nog volledig zelfrijdende auto’s zouden rondrijden, kunnen de groen- en geeltijd van de iVRi geschrapt worden. “Daardoor wordt het vervoer 60 procent efficiënter.” Hoe snel dat gaat? “Dat is afhankelijk van de ingroei.” Zolang er een mixed fleet rijdt, kunnen groen- en geeltijd nog niet worden afgeschaft.

Rol van de overheid

De zelfrijdende auto en de systemen daaromheen wisselen voortdurend data uit, vertelt Luc Wismans (Goudappel Coffeng). Maar wat doen we met die data? Er is nog veel onwetendheid bij mobiliteitsprofessionals. “Verkeerskundigen en data scientists moeten dezelfde taal gaan spreken.” Daarnaast willen private partijen hun (niet zelfgeïnterpreteerde) data vaak niet delen. “Dus daar verandert de rol van de overheid ook. Je moet afdwingen dat de serviceprovider zijn data deelt.”

Voorbeeld: Noord-Holland

Parvin Hoseini (provincie Noord-Holland) beaamt dat de rol van overheden verandert. “We moeten goed nadenken wat onze rol als wegbeheerder en concessieverlener wordt.” Daarom schreef de provincie een Koers Smart Mobility tot 2030. “De publiek-private samenwerking is bij ons vanzelfsprekend”, zegt Parvin Hoseini. Op korte termijn worden daarbij alvast veel pilots gehouden, zoals de Praktijkproef N205.