Eén BRT-systeem maakt nog geen zomer

dinsdag 6 september 2022

Het is een zaterdagmiddag in mei. Samen met mijn host Reepa zit ik te wachten op een bus op het dorpsplein van het Franse stadje Blagnac, onder de rook van Toulouse. We zijn zojuist naar een traditionele dorpsmarkt geweest en moeten nog zo’n 20 minuten wachten op de volgende bus.

Ondertussen scheuren Audi’s, Mercedessen en Peugeots voorbij. Verrassend vaak zit er één persoon in de grote wagen en meestal zijn het jonge gasten. "Fransozen kopen nog liever een grote auto dan een normaal huis", concludeert Reepa wat gefrustreerd. Ik vraag me af waarom en mijn gastvrouw begint een relaas.

Haar frustratie komt voort uit het feit dat haar rijbewijs uit geboorteland India niet geldig is in Frankrijk. Ze emigreerde voor haar werk als vliegtuigtechnicus naar Toulouse, maar moest daar opnieuw rijlessen nemen. Dat wil ze niet, want liever dan een grote auto heeft ze een ruim huis. Dat vond ze in nieuwbouwwijk Blagnac. Maar daardoor is ze nu wel afhankelijk van de bus. "Die kost me minstens twee keer zoveel reistijd als de auto." Voor grote boodschappen vraagt ze haar Franse vrienden met auto om te helpen.

Ik begrijp het niet zo goed. Een dag eerder was ik aangekomen in Toulouse, de Zuid-Franse stad die net als wel meer Franse steden bekend staat om het Bus Rapid Transit (BRT). De Zuid-Franse stad Toulouse kent een slim ov-netwerk met twee metrolijnen, een tramlijn en een regiotrein die op meerdere punten verknoopt zijn en goed op elkaar aansluiten. Op deze knopen waaieren legio busstreeklijnen uit naar de regio. 

Als ik vanaf station Marengo per metro naar de centrale knoop Arènes reis en overstap op tram 1 richting Aèroconstellation, ben ik in 40 minuten bij Reepa’s huis. Bus 70 doet het vanaf Arènes sneller, maar die rijdt minder vaak en ik kan de bushalte zo snel niet vinden. Gelukkig mag ik met een ticket van 1,70 euro één uur lang alle vervoersvormen gebruiken. Prima geregeld, dacht ik zo.

Tot ik verhuis naar een hostel in Colomiers, een ander voorstadje van Toulouse. Met de auto is het vanaf Reepa’s huis 15 minuten rijden. Maar het ov doet er ruim een uur langer over, want Colomiers is niet aangesloten op het metro- en tramnetwerk. Om daar te geraken moet ik eerst vanuit Blagnac terug naar het centrum van Toulouse. Volgens Google kan ik met de tram naar halte Cartoucherie en daar een andere bus pakken, maar de halte ligt wel 300 meter verderop en ik moet 20 minuten wachten. De reistijd staat me behoorlijk tegen, ondanks het goedkope ticket.

’s Avonds schrijf ik Reepa dat ik haar toch wel gelijk moet geven - wil je mensen in nieuwbouwwijken verleiden om voor het ov te kiezen, dan moeten juist de verbindingen in buitenwijken en voorsteden in orde zijn. Volgens mij had de lokale overheid beter met een streeklijn de verschillende kernen met elkaar kunnen verbinden. Haar reactie: 'Hah, ya think' spreekt boekdelen.

Deze blog is eerder verschenen in De Reiziger, een blad van reizigersvereniging Rover.

De tram van Toulouse naar Blagnac