Autovrije alternatieven op orde

vrijdag 17 mei 2024

De gemeente Rijswijk ziet kansen voor een campusmilieu met ongeveer tweeduizend woningen op het Kessler Park, nu nog een bedrijventerrein. “Het moet gaan om een gemengd woon-werkmilieu met vooral appartementen”, vertelt adviseur Pim de Roos (Sweco). “Het is een interessante locatie, in hoogstedelijk gebied, op loopafstand van station Rijswijk.” 

Het Kessler Park is op dit moment een kantoren- en bedrijvenlocatie in Rijswijk. “Het is een herontwikkelingslocatie met grote leegstaande kantoren, waar de auto een dominante positie heeft. Er zijn bijvoorbeeld wel fietsvoorzieningen, maar die zijn niet gescheiden van autoverkeer.”, aldus De Roos. “Dat maakt het ook een erg interessant project, waar de gemeente wil werken aan een campusmilieu met de juiste balans tussen verblijven en bereikbaarheid.” 

De wijk ligt op een goed bereikbare locatie. “Er is in de buurt een treinstation, een tramlijn, je bent echt zo in Den Haag, Delft, Rotterdam. De buurt ligt ook dicht bij de A4. De uitdaging is dan om uit te zoeken hoe je het beste met mobiliteit om kan gaan; de huidige bedrijven en kantoren moeten op een goede autobereikbaarheid kunnen rekenen, maar tegelijkertijd wil je de juiste randvoorwaarden voor andere vormen van mobiliteit scheppen.” 

De gemeenteraad van Rijswijk ziet de potentie van het gebied en heeft de ambities voor het gebied in een ontwikkelkader vastgesteld. Vervolgens is Sweco ingeschakeld om die ambities verder uit te werken. “Daarbij stond het STOMP-principe – Stappen, Trappen, OV, MaaS, Personenauto – centraal”, vertelt De Roos, “Het was onze opdracht om uit te zoeken of het realistisch is om het STOMP-principe daar toe te passen, of dat haalbaar is in combinatie met de herontwikkeling tot woonbestemming. Daarna is ons gevraagd om in kaart te brengen wat je in de praktijk nou nodig hebt om die visie te realiseren. Daarbij hebben wij gerekend met een globaal programma zoals de gemeente de samenstelling van de wijk voor ogen heeft, een mix van het type functies dat we verwachten dat op Kessler Park in de toekomst een plek kan krijgen.” 

Veel STOMP, met oog voor autobereikbaarheid 

“STOMP is haalbaar bij de herontwikkeling, er komen veel appartementen gericht op jonge mensen zoals starters en studenten. We hebben onderzocht wat de behoeften van die doelgroep zijn en gekeken naar vergelijkbare locaties die op eenzelfde manier ontwikkeld zijn of worden, zoals de Merwedekanaalzone. Veel jonge doelgroepen in hoogstedelijk gebied hechten meer waarde aan een leefbare woonomgeving met veel voorzieningen binnen handbereik, dan aan een plek met een eigen auto voor de deur. Zij bevinden zich in een fase van hun leven waarin ze zich prima op andere manieren kunnen verplaatsen en daar ook geen bezwaar tegen hebben. Die doelgroep is goed te combineren met een lage parkeernorm.” 

Een lage parkeernorm voor de bewoners, dus geen autovrije wijk. “Niet alles kan met de fiets. Qua ligging ondervang je wel al veel, met een treinstation, meerdere tram- en bushaltes in de buurt kom je ook al ver. Als je het hebt over de voetganger en fietser is er nog wel een opgave, de wijk is nu echt nog ingericht als vijftig-kilometer-gebied. Het gebied moet, als er woningen komen, meer worden vormgeven op een manier dat ‘uitnodigt’ tot het maken van een wandeling of fietstocht.” 

“Het realiseren van een autoluwe wijk is realistisch als je daar de juiste doelgroep neerzet, en ook vooraf al duidelijk maakt wat je van nieuwe bewoners verwacht. Daar horen ook minder aantrekkelijke maatregelen zoals een lage parkeernorm bij, maar je wilt vooral een levendige wijk realiseren waarin inwoners kiezen voor lopen, fietsen en openbaar vervoer.” 

“Tegelijkertijd moeten bestaande functies in de wijk wel met de auto bereikbaar blijven. In de wijk zit bijvoorbeeld ook het CBR, waar ze rijexamens afnemen. Dat vraagt om maatwerk, bijvoorbeeld door het benutten van bestaande parkeervoorzieningen, maar je kunt natuurlijk niet tegen het CBR zeggen dat je daar niet meer met de auto zou mogen komen. De mobiliteitsbehoefte van de huidige functies moet geborgd zijn.” 

Communicatie  

“Als je niet de juiste doelgroep aantrekt, dan kan het een lastiger verhaal worden. Hét moment waarop mensen hun mobiliteitsgedrag opnieuw onderzoeken en daar keuzes in maken, is bij verhuizen. Daarom is het belangrijk dat alternatieven voor de auto goed geregeld zijn op het moment dat de nieuwe bewoners hun intrek nemen, en dat er een actieve informatievoorziening is. Als je vanaf het eerste moment die verwachtingen duidelijk communiceert haal je de eerste hobbel al weg.”