Senioren en mobiliteit: Kansen en knelpunten

dinsdag 4 februari 2025

Atie Schipaanboord is Hoofd Belangenbehartiging bij ouderenbond ANBO-PCOB, die zo’n 120.000 leden telt. “Het ‘ouderenlandschap’ is behoorlijk versnipperd”, vertelt ze. “De ouderenorganisaties vormen één van de laatste restanten van de verzuiling, met katholieke, protestante en neutrale takken. Veel organisaties werken apart, hoewel we juist in de belangenbehartiging meer samen zouden kunnen doen. ANBO-PCOB is recent uit een fusie ontstaan en vertegenwoordigt al verschillende achtergronden. Daarnaast werken we met een aantal organisaties samen in de Seniorencoalitie. Ik hoop dat we ooit een landelijke ouderenorganisatie kunnen realiseren.”

Schipaanboord heeft twaalf jaar ervaring bij ANBO en een loopbaan bij maatschappelijke organisaties zoals de Consumentenbond. Ze begrijpt dan ook goed voor welke uitdagingen ouderen staan. “Het is belangrijk dat senioren mobiel en zelfstandig blijven. Voor veel ouderen is vervoer een essentieel aspect van hun onafhankelijkheid, maar dat wordt wel steeds problematischer.”

De bus verdwijnt 

“Ouderen rijden vaak nog auto en dat gaat meestal goed. Toch zien we dat autobezit bij ouderen verandert. Zo is er een groeiende interesse in private lease. Maar de echte problemen liggen vooral bij het openbaar vervoer, en dan met name bij de busverbindingen. In steeds meer regio’s verdwijnen bushaltes of hele lijnen. Mensen bellen ons omdat ze ‘het dorp niet meer uitkomen’, en de enige bus soms maar één keer per dag gaat.

Het verdwijnen van bussen raakt vooral ouderen die niet meer in staat zijn om langere afstanden te lopen, zeker als ze afhankelijk zijn van hulpmiddelen zoals rollators, legt Schipaanboord uit. “We ontvangen steeds meer klachten over het ontbreken van een bushalte dichtbij een ziekenhuis of andere essentiële locaties. Het lijkt soms alsof er weinig rekening wordt gehouden met de vergrijzing en de groeiende mobiliteitsbehoefte van ouderen.”

Wmo schiet tekort

Ouderen hebben vaak wel toegang tot doelgroepenvervoer via de Wmo, maar Schipaanboord merkt op dat het huidige systeem tekortschiet. “Veel ouderen weten niet eens van het bestaan af, en het is vaak erg omslachtig. Diensten zoals Valys en de regiotaxi zijn er wel, maar de voorwaarden maken het soms moeilijk of onhandig er gebruik van te maken. Ik sprak laatst met iemand die te ver van een ziekenhuis woonde voor de Valys en de regiotaxi ook geen optie was. Hij moest daardoor een dure taxi betalen, terwijl hij anders zelfstandig had kunnen reizen.”

Ze ziet mogelijkheden voor verbetering. “Waarom niet een geïntegreerd systeem dat zowel het reguliere ov als doelgroepenvervoer combineert, aangestuurd door de provincie in samenwerking met gemeenten? Er wordt te veel gekeken naar kosten en te weinig naar kwaliteit en bereikbaarheid”, betoogt Schipaanboord.

Gevoel van onveiligheid

Niet alleen het wegvallen van busverbindingen is een probleem, ook het gevoel van onveiligheid maakt ouderen minder mobiel. “Met de toenemende drukte in het ov voelt een deel van de ouderen zich minder veilig, vooral in treinen tijdens piekuren”, aldus Schipaanboord. “Op dat vlak is het wel positief dat we senioren stimuleren om tijdens de ‘rustigere’ daluren te reizen. Mensen willen wel de auto laten staan, maar dan moet het ov wel een echt alternatief zijn. Dat is nu vaak niet het geval: reizen met het ov is omslachtiger, duurder en soms gewoon niet comfortabel.”

De belangenbehartigster is ervan overtuigd dat de kloof tussen de behoefte van ouderen en het aanbod van mobiliteitsoplossingen steeds groter wordt; vooral in landelijke gebieden. “De basisvoorzieningen moeten gewoon op orde zijn, ongeacht waar je woont,” stelt ze.

Ook kansen

Gelukkig ziet Schipaanboord ook kansen. “Initiatieven zoals Automaatje van ANWB en lokale burgerinitiatieven zoals ‘Austerlitz Zorgt’, waar vrijwillige chauffeurs ouderen vervoeren, kunnen goed werken. Ook ‘golfkarretjes’ in dorpen die ouderen vervoeren naar belangrijke plekken zoals de supermarkt of het buurthuis, helpen ouderen mobiel te blijven en zijn vaak laagdrempelig en gezellig.” Schipaanboord vindt dit soort oplossingen een mooie aanvulling op het traditionele ov, vooral voor ouderen die zich moeilijker zelfstandig kunnen verplaatsen.

En de fiets dan?

Tot slot vraagt Schipaanboord aandacht voor de veiligheid van ouderen op elektrische fietsen. “De elektrische fiets biedt veel voordelen en meer vrijheid, maar we zien helaas ook dat er steeds vaker valincidenten zijn. Door het verschil in snelheid op fietspaden is anticiperen lastig: ouderen moeten wennen aan het remgedrag en opletten op hun omgeving. Beleidsmakers en wegbeheerders zouden meer aandacht kunnen hebben voor de veiligheid van fietspaden, vooral als er verschillende fietsers en snelheden op dat fietspad voorkomen.”

Vervoer voor ouderen als prioriteit

Schipaanboord roept beleidsmakers op om vervoer voor ouderen echt als prioriteit te zien en gezamenlijk in te zetten op een inclusieve infrastructuur. “Mensen willen zelfstandig blijven en dat moet ook mogelijk zijn. Alleen door een goed aansluitend openbaar vervoer, beter doelgroepenvervoer en aandacht voor veilig fietsgedrag, kunnen we ervoor zorgen dat ouderen daadwerkelijk mobiel blijven. Laten we ouderen niet in de steek laten en zorgen dat mobiliteit ook op de lange termijn mogelijk en veilig blijft. Voor een groot deel van onze samenleving is dat geen luxe, maar noodzaak.”