Beter benutten fietsparkeercapaciteit
ProRail, gemeente Amsterdam, Vervoerregio Amsterdam en NS bouwen nieuwe stallingen, maar we kunnen niet oneindig doorbouwen. Daarom gaan we experimenteren met slimme en innovatieve oplossingen om de beschikbare fietsparkeercapaciteit beter te benutten. In autoparkeerkelders gebeurt dit al. Binnen de fietswereld zijn we net gestart en kunnen we van autoparkeren leren.
De fiets wordt een steeds populairder vervoermiddel. In combinatie met hoogwaardig openbaar vervoer zoals de trein is het een ijzersterke concurrent van de auto. Inmiddels wordt landelijk door 40 procent van de treinreizigers de fiets gebruikt om naar het station te komen. In de Amsterdamse regio is dit inmiddels al 50 procent. Genoeg reden om fietsparkeercapaciteit uit te breiden voor die duizenden reizigers die per fiets bij het station arriveren en vertrekken.
Volgende fase
De afgelopen vijftien jaar werden continu stallingen en rekken bijgebouwd om voldoende plek te bieden. Dit is het bekende beeld van de eindeloze fietsenrekken op het maaiveld. Fietsparkeren is echter in een volgende fase terechtgekomen. Waar we eerder alleen maar bijbouwden komen we tot de grenzen van de groei en moeten we nadenken over het beter benutten van de capaciteit. Hoe bestaande capaciteit beter kan worden benut is iets waar we nog veel over moeten leren. Hierover zijn landelijke afspraken gemaakt in het ‘Bestuursakkoord fietsparkeren bij stations’ (december 2016). Alle partijen (ProRail, ministerie, NS, gemeenten, provincies, vervoerregio’s, Fietsersbond) erkennen dit en hebben afspraken gemaakt om met innovatieve proeven te ontdekken wat hierbij werkt. Is de deelfiets het antwoord? Prijsdifferentiatie? Automatisch in- en uitchecken? Veel vragen, weinig antwoorden.
Bij autoparkeren is men al veel langer bezig met het beter benutten van capaciteit. Op fietsgebied kan er daarom veel geleerd worden door gebruik te maken van ervaringen en inspiratie uit autoparkeren zoals verwijssystemen – op straat en in de garages – automatisch in- en uitchecken of prijsdifferentiatie.
Toekomst van fietsparkeren
De eerste grootschalige fietsparkeergarages van Amsterdam zijn geopend op de Zuidas. Drie stallingen met een totale capaciteit van 9.000 fietsparkeerplekken. Voorbereidend op de toekomst zijn deze uitgerust met monitoringsystemen die middels camera’s detecteren hoeveel fietsen er geparkeerd staan, hoelang ze er geparkeerd staan en wanneer fietsen te lang geparkeerd staan. Voor bijzondere voertuigen (zoals kratjesfietsen, bakfietsen) zijn aparte plekken gemaakt.
Dergelijke benuttingsmaatregelen op de Zuidas vormen een begin voor het beter benutten van de ruimte in de fietsparkeergarages. Gezien de prognoses is een volgende stap echter nodig. In de Amsterdamse regio gaan de NS, Prorail, gemeente Amsterdam en Vervoerregio Amsterdam experimenteren met benuttingsmaatregelen in fietsparkeerkelders. Hiertoe is de mogelijke rol van deelfietsachtige systemen onderzocht. Tevens is de fysieke inrichting van de fietsparkeerkelders bestudeerd. Jesse van Bommel, student bij de Hogeschool van Amsterdam, heeft dit voor de Vervoerregio Amsterdam onderzocht als afstudeeropdracht. De fietsparkeerwereld kreeg een spiegel voorgehouden en Jesse formuleeerde enkele adviezen waar bij wijze van spreken morgen mee gestart kan worden.
Klik hier voor het volledige artikel als PDF.
Dit artikel verscheen in Parkeer24, nummer 4, oktober 2018.