Infrastructuur aan einde levensduur?
Dat het onderzoek naar bruggen belangrijk is, dringt ondertussen steeds meer door tot de maatschappij. Dat merkt ingenieurs- en adviesbureau Antea Group, dat bruggenonderzoek doet voor zo’n veertig organisaties in Nederland doet zoals provincies, gemeenten en waterschappen. “Gelukkig komt dit onderwerp steeds hoger op de politieke agenda te staan”, aldus Erik Deuring, projectmanager kunstwerkbeheer.
Naoorlogs
Volgens Antea Group zijn de meeste bruggen in ons land na de Tweede Wereldoorlog gebouwd. “Tegenwoordig is er veel meer verkeer, dat zwaardere lading vervoert. Bij het ontwerp is daar destijds geen rekening mee gehouden. De ene brug is de andere niet”, aldus de manager kunstwerkbeheer.
“Daarom is het belangrijk om nu de levensduur van dit soort bruggen te beoordelen. We kunnen nu mogelijke risico’s in kaart brengen en tijdig bepalen of een brug gerenoveerd of zelfs vervangen moet worden”, voegt Deuring toe.
Instortgevaar
Lopen we nu het risico dat onze oude bruggen instorten? Volgens Heico de Lange van de Nederlandse Bruggenstichting stort een brug gelukkig nooit zomaar in. Voordat het zover komt, zijn er veel tekenen die er op wijzen dat er iets mis is. Elke vijf jaar wordt er een inspectie gepleegd. De Lange noemt de Merwedebrug bij Gorichem als succesvol voorbeeld. “Bij een reguliere inspectie werden haarscheurtjes ontdekt. Daar is adequaat op gereageerd”.