Briesend kwam mijn vriend de kamer binnen, zwaaiend met een envelop. Een boete voor het negeren van een doorrijverbod. 120 euro ging dat geintje kosten. Balen natuurlijk,
maar het was vooral de onrechtvaardigheid die hem dwarszat.
Column: Hoe intelligent is deze toegang precies?
Het voorval vond plaats op een weg die al jaren worstelt met grote drukte door voornamelijk doorgaand verkeer. Daarom is de gemeente sinds een aantal maanden gestart met ‘intelligente toegang’. Oftewel een doorrijverbod, met ontheffingen voor buurtbewoners. Een camera registreert het kenteken van iedereen die langsrijdt. Geen ontheffing = boete. Op zich prima, maar het bord waarop het verbod wordt aangekondigd staat zo verdekt in het groen dat de argeloze automobilist hem algauw over het hoofd ziet.
Dan moet je maar beter opletten, zou je kunnen zeggen. Maar dat zou je dan tegen een heleboel mensen moeten zeggen: in de eerste 2,5 maand na de invoering werden er maar liefst 22.000 boetes uitgedeeld. Ook maanden na invoering worden er tot wel 3.000 boetes per week uitgeschreven. Bij dit soort aantallen dringt de vraag zich op: hoe intelligent is deze toegang precies? Als zoveel mensen de regels overtreden, zijn de regels misschien niet zo duidelijk. Te
meer omdat de pakkans hier 100% is.
Toen ik mijn vriend zo met die envelop zag zwaaien, bedacht ik me dat de verwerking van zo’n boete verdomd veel weg heeft van een rouwproces. Eerst is er ontkenning. “Dit kan niet, onmogelijk, dit was ik niet!” Vervolgens vergelijk je de boete met je agenda en denk je: oei. Dan word je boos. “Belachelijk, dit was totaal onduidelijk!” Dit is meestal de fase dat je het internet op gaat.
Daar gaat de woede langzaam over in onderhandelen. In het geval van een verkeersboete betekent dit: bezwaar maken. Formulieren, verontwaardigde mails, telefoontjes, boze tweets. Foto’s van de situatie ter plaatse, plattegronden met pijlen en aanrijroutes. Dit is het punt waarop het irrationeel begint te worden. Want die 120 euro staat inmiddels in geen enkele verhouding meer tot de tijd en energie die je erin steekt. Maar dat dondert niet, het is een principekwestie.
Wanneer je bezwaar vervolgens wordt afgewezen, begint de depressie. 120 euro. Ongelooflijk. Wat had je daar allemaal niet voor leuks voor kunnen doen? Niet dat het wat uitmaakt, want je hebt überhaupt geen zin meer om iets leuks te doen. Je gaat naar bed.
Even later volgt de aanvaarding. Je komt uit bed, stopt met tweeten en beperkt je tot mopperen over dit incident op borrels en verjaardagen. Het is een anekdote geworden. Of in elk geval een heel dure les.