MVO in OV-bedrijf: laat het zien!
donderdag 14 juni 2012
4 min
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen is belangrijk, juist voor OV-bedrijven. Een goede verslaglegging zorgt voor een multipliereffect en is niet moeilijk te realiseren. Het stimuleert de dialoog met stakeholders in de maatschappij, wat vertrouwen wint en het biedt handvatten voor de verdere ontwikkeling van MVO in het bedrijf.
Waarom belangrijk?
Dat is de centrale boodschap uit het afstudeeronderzoek naar de mogelijkheden voor MVO in OV-bedrijven en een goede verslaglegging daarover, waarop dit artikel is gebaseerd. MVO is juist belangrijk voor OV-bedrijven omdat zij een maatschappelijke taak hebben. Het gaat niet alleen om winst voor het OV-bedrijf, maar ook om mensen deel uit te laten maken van de maatschappij en het verbeteren van de verkeers- en sociale veiligheid voor de reiziger, het eigen personeel en andere weggebruikers. Ook het reduceren van de CO2-emissie, andere vervuilende stoffen en geluid is belangrijk. De kwaliteit van het openbaar vervoer wordt beter als de verantwoordelijkheid verder gaat dan de verplichtingen die de wetgever oplegt. De OV-autoriteiten hebben bij de aanbesteding de mogelijkheid eisen te stellen in het Programma van Eisen zodat op een efficiënte wijze een maatschappelijk verantwoord product wordt gerealiseerd. De bundeling van reizigersorganisaties in een Regionaal Overleg Consumenten-organisaties Openbaar Vervoer (ROCOV) heeft geleid tot een versterking van de stakeholderfunctie omdat er meer kennis en argumenten worden uitgewisseld. In onderstaande figuur de belangrijkste partijen en hun belangen.
Lees hier het uitgebreide artikel >>
Waarom verslaglegging?
Een transparante communicatie wekt vertrouwen bij onder meer reizigers(organisaties) en OV-autoriteiten. In het onderzoek is een doelstelling geformuleerd voor MVO-verslaglegging: 'het op transparante wijze stimuleren van de dialoog, intern en met stakeholders, zodat in onderling ver-trouwen gezamenlijk kan worden gewerkt aan het verder ontwikkelen en verbeteren van MVO'. In het onderzoek zijn de richtlijnen van het Global Reporting Initiative (GRI) als kader gebruikt voor de verslaglegging. Deze richtlijnen zijn specifiek bedoeld voor verslaglegging over MVO. Ze worden internationaal gebruikt door bedrijven in veel verschillende sectoren.
Analyse jaarverslagen
Van vijf OV-bedrijven zijn jaarverslagen geanalyseerd. Hierbij is gekeken of en in hoeverre er is gerapporteerd in lijn met de GRI-richtlijnen. Uit deze analyse blijkt dat deze nog weinig als kader worden gebruikt. Als deze wel als uitgangspunt worden genomen, dan blijkt dat het voor OV-bedrijven haalbaar is te rapporteren op basis van de GRI-richtlijnen. Dit kan namelijk op verschillende niveaus. Het laagste niveau is het C-niveau. In het onderzoek is aangegeven wat er nog nodig is om te rapporteren op C-niveau. Enkele belangrijke zaken zijn:
de keuze van onderwerpen die inhoudelijk relevant zijn voor MVO, bijvoorbeeld klantge-richtheid en reductie van CO2, en de motivatie daarbij (materialiteitsbeginsel);
aangeven over welke actoren wel en niet wordt gerapporteerd, bijvoorbeeld bedrijfsonderdelen, partners in joint ventures of onderaannemers;
het in beeld brengen van de relevante stakeholders en de selectiemethode daarvoor.
Eerste stap
De eerste stap die nu moet worden gezet is rapporteren op C-niveau. Uit het onderzoek blijkt dat dit met een geringe inspanning al in het jaarverslag van 2012 kan worden gerealiseerd.
Tweede stap
De tweede stap is dat OV-bedrijven rapporteren op de vier inhoudelijke thema's die prioriteit verdienen, namelijk samenstelling en gebruik van materieel, klantgerichtheid, verkeersveiligheid en sociale veiligheid. Dit biedt een goede mogelijkheid om (verdere) invulling te geven aan het materialiteitsbeginsel. In het onderzoek zijn aanbevelingen gegeven. Deze zijn met name gericht op het vermelden van meetbare prestaties om de verschillende OV-bedrijven beter te kunnen vergelijken.
Derde stap
Als er voldoende vooruitgang is geboekt dan kunnen OV-bedrijven zich toeleggen op andere thema's zoals een duurzame arbeidsmarkt, ketenmanagement en privacy. Dat laatste kan van belang zijn in verband met de OV-chipkaart. Dan kan ook worden aangegeven hoe OV-bedrijven kunnen doorgroeien naar een hoger niveau van verslaglegging, het B-niveau en het A-niveau. Als dit is gerealiseerd krijgen stakeholders een beeld van de strategie, hoe die strategie handen en voeten krijgt in de verschillende bedrijfsprocessen en welke meetbare resultaten worden geboekt. Dit is de basis om vervolgens aan te geven welke acties worden ondernomen om MVO verder te ontwikkelen in het bedrijf. In de onderstaande tabel is een tijdpad aangegeven.
Extra mogelijkheid
Daarnaast wordt aanbevolen de communicatie naar reizigers(organisaties) en OV-autoriteiten verder toe te spitsen op afspraken uit de aanbesteding. Resultaten op regionaal niveau kunnen weer worden gebruikt in het MVO-verslag als voorbeeld. Op deze manier draagt verslaglegging er aan bij dat niet alleen het OV-bedrijf baat heeft bij MVO maar ook de reizigers(organisaties), omwonenden, werknemers en de komende generaties.
Tekst: Gert-Jan Hoitink gemeente Baarn, Jan Willem Proper NHTV BredaLees hier het uitgebreide artikel >>
Terug naar overzicht nieuws >>>