Nijverdal zet in op handhaving fietsparkeren

Geen verloedering

Vanuit de gemeenteraad en vanuit de samenleving kwamen signalen die pleiten voor een streng toezien opdat de fietsen niet buiten de fietsenstallingen worden gestald. Verloedering en een rommelige uitstraling moeten worden tegengegaan. Uit de praktijk blijkt dat minder wordt gestolen als de omgeving is opgeruimd. In het plan van aanpak staat dat de eerste twee maanden op een milde en publieksvriendelijke manier het fietsparkeren gecorrigeerd wordt. Dit doet men door toezicht te houden en te waarschuwen. Een fout geparkeerde fiets wordt op een goede plek gezet, zo ook een gevaarlijk geparkeerde fiets.

Toezicht en handhaving

Na een periode van twee maanden volgt er altijd een sanctie.  Staat een fiets gevaarlijk (bijv. voor een vluchtroute) dan wordt deze direct verwijderd en kan de eigenaar de fiets ophalen bij de gemeentewerf tegen betaling van € 10,-. Als na 13 weken de fiets nog niet is opgehaald, vervalt het eigendom aan de gemeente. Bij een fout geparkeerde fiets krijgt de eigenaar 8 uur de tijd om het ‘foutparkeren’ te herstellen. Er wordt aan de fiets dan een stickerlabel gehangen waarop dit staat vermeld. Mocht de fiets na die 8 uur nog fout geparkeerd staan, volgt dezelfde behandeling als bij een gevaarlijk geparkeerde fiets. Op de gemeentelijke website komt een aparte pagina met informatie over het Fietsdepot bij de gemeentewerf.
Na 28 dagen wordt een fiets die niet wordt gebruikt een weesfiets en kan dan worden verwijderd uit de fietsenstalling. In de praktijk zal het er op neerkomen dat verloedering niet snel zal optreden omdat de capaciteit van de fietsenstallingen in verhouding groot is. Daarom kan er worden volstaan enkele keren per jaar de fietsenstallingen op te schonen van weesfietsen, tegelijk met het schoonmaken van de stallingen en het onderhoud.

Evaluatie

De werkwijze zoals beschreven in het plan van aanpak is gebaseerd op reeds in de praktijk bewezen werkwijze zoals bij de gemeenten Apeldoorn, Enschede en Almelo.
Mocht er tijdens de aanloopperiode van twee maanden aanleiding toe zijn, dan wordt er met de NS, de politie, de Fietsersbond en de klankbordgroep van de stationsomgeving overleg gevoerd.
Een jaar na invoering van deze werkwijze komt er een korte evaluatie die wordt aangeboden aan de commissie.