Veel parkeerprognoses blijken niet te kloppen. Vaak is sprake van wensdenken, oftewel het hanteren van onrealistische aannames. De meest gemaakte fout is echter klakkeloos de parkeerkencijfers te gebruiken of een model in te vullen – onder ervaring en zonder deze te toetsen aan de actuele situatie. Het gevolg is dat voor de leegstand gebouwd wordt. Dat kost veel geld en is niet duurzaam.
Waarom veel parkeerprognoses niet kloppen
Welke doelgroepen gaan kopen of huren? Wat is het flankerende parkeerbeleid? Wat voor alternatieven zijn er? Hoe zit het met de concurrentie? Wat zijn de benchmark- en bezettingsgegevens van vergelijkbare projecten? En zo zijn er nog veel meer vragen. Parkeren is maatwerk.
In de modellen zelf zitten ook vaak fouten die bij de insiders bekend zijn, zoals:
- Bij goede ov-locaties wordt veel minder geparkeerd door zowel huurders als bezoekers. Bewoners en bedrijven kiezen er juist voor om zich hier te vestigen, zodat ze de auto niet nodig hebben. In veel modellen wordt hiervoor niet gecorrigeerd.
- De in het lokale parkeerbeleid opgenomen parkeernormen zijn te ruim voor de locatie, zelfs voor het maatgevend piekmoment. Het komt vaak voor dat een ontwikkelaar van de gemeente voor de leegstand moet bouwen.
- De reguliere norm voor bezoekersparkeren is te hoog en moet aangepast worden.
Hoe moet het dan wel? Onderzoek doen ter plekke en een realistische prognose maken. Terugrekenen vanuit de toekomstige gebruikers en hun autogebruik en correcties toepassen op de modellen en voor de actuele situatie. Gebruikmaken van benchmark- en bezettingsgegevens van vergelijkbare projecten. En verder meerdere scenario’s, inclusief een ingroeiscenario en een gevoeligheidsanalyse toepassen. En met de gemeente in gesprek gaan over de parkeernormen o.b.v. feiten en een goede onderbouwing loont!