‘Het wordt tijd voor een regionale regievoerder’
"Als we echt willen veranderen, moet je mobiliteit niet beschouwen als een opzichzelfstaand gegeven", stelt Maarten van Setten, senior adviseur bij Moventem. "Kijk ook naar ruimtelijke ordening, veiligheid, het sociale domein en economie. Alle beleidsvelden moeten samenwerken om verandering te bewerkstelligen."
“We hebben corona nu wel zo’n beetje achter ons gelaten", concludeert Van Setten. "We hoopten op een gigantische impact en een blijvende afname van mobiliteit. Toch stond er laatst weer 900 kilometer file, dus die verwachting is niet helemaal uitgekomen. Een structurele gedragsverandering lijkt uit te blijven. Mensen werken wel meer thuis doen meer fietsend en lopend. Maar we zien ook dat er op de dinsdag, de donderdag en in mindere mate de vrijdag nog een flinke spits ontstaat."
“Vaker thuiswerken, meer wandelen en fietsen heeft wel een dempend effect op het autogebruik, maar het blijkt toch wishful thinking om te denken dat we nog vaker thuis zouden werken. Ook een realiteit, die natuurlijk niet gunstig is voor het openbaar vervoer en het klimaat, is de afschaling van het ov op alle fronten. Het ov doet zijn eigen imago zo helaas geen goed, maar dat valt ze niet te verwijten. Stakingen op momenten dat veel reizigers nou net terug kunnen keren naar het ov helpen in elk geval niet. Net zo min als verhoging van de tarieven, terwijl de accijnzen op brandstof worden verlaagd.”
"We doen ook met zijn allen alsof er een fileprobleem is, dat hoor je immers elk uur op de radio, maar we gaan wél met zijn allen in diezelfde files staan. Kennelijk zijn files vervelend en lastig, maar niet zo’n groot probleem dat we voor alternatieven kiezen. Of zijn de alternatieven op dit moment nog niet goed genoeg.”
Verder kijken dan mobiliteit
“Als we echt willen veranderen, moet je mobiliteit niet beschouwen als een opzichzelfstaand gegeven. Kijk ook naar ruimtelijke ordening, veiligheid en het sociale domein en economie. Alle beleidsvelden moeten samenwerken om verandering te bewerkstelligen, van economie tot werkgelegenheid."
"We moeten integraal werken en vooral integraler denken. Ik zie dat al gebeuren bij onze opdrachtgevers: veel beleidsmakers, bestuurders en uitvoerende partijen zijn zich wel bewust van de noodzaak om breder dan het eigen werkveld te kijken. Er zijn dan ook veel positieve ontwikkelingen te noemen, denk aan het recente BO MIRT besluit om voordat nieuwe woonwijken gebouwd worden in de NOVEX-woningbouwlocaties eerst geld vrij te maken voor de bereikbaarheid ervan."
Lees ook 'Kijk naar onderliggende waarden en doelen bij mobiliteitsopgaven'
"Het vakgebied van de mobiliteitsexpert is echter wel behoorlijk versplinterd. Op papier wordt er integraal beleid gemaakt, maar in gelden en uitvoering ontkom je er niet aan toch in zuilen te denken. De overtuiging dat dit anders, integraler, kan en moet, is er wel, maar het is nog moeilijk om dit om te zetten in acties. Heel concreet: hoe krijgen we alle relevante partijen en personen aan boord? Zeker met de huidige personeelstekorten binnen de partijen die daarvoor aan de lat staan, is dat ook gewoon heel erg complex.”
Waan van de dag
“Bij het ontwikkelen en uitvoeren van integrale oplossingen merk ik dat het lastig om die organisaties en de juiste mensen bij elkaar te krijgen, om tot gezamenlijke oplossingen te komen en deze plannen om te zetten in gerichte en concrete acties. Probleem is dat iedereen graag wil, maar door gebrek aan capaciteit de waan van de dag leidend is. En dan heb je het alleen nog maar over het ‘domein mobiliteit’, terwijl je het liefst andere domeinen als ruimtelijke ordening, economie en welzijn óók aan tafel hebt zitten om dingen echt aan te pakken.”
De inwoner centraal stellen
“2023 moet wat mij betreft in het teken staan van integraal werken, over de scheidslijnen tussen domeinen heen. Je ziet in ons vakgebied ook een vertaalslag naar het betrekken van de doelgroep bij plannen, beleid en realisatie. Waar voorheen de slogan ‘de reiziger centraal’ veel gebruikt werd, hebben we het straks over de inwoner centraal, ook bij mobiliteitsbeleid. Dat is niet per definitie de reiziger, ook mensen die niet willen, kunnen of hoeven te reizen doen er toe, ook voor die groep maak je mobiliteitsbeleid."
"Dan gaat het niet meer over mobiliteit, maar over de gevolgen van die mobiliteit, positief en negatief. Hoe is de straat ingericht, hoeveel ruimte is er om te parkeren, hoe is de luchtkwaliteit? Je kunt het fijn vinden om je auto voor de deur te parkeren, maar realiseer je dan ook dat kinderen hierdoor minder veilig naar school kunnen fietsen en dat er minder ruimte is voor een groene aantrekkelijke leefomgeving.”
Met een brede blik
“Dat is een andere dimensie van integraal denken: over beleidsvelden heen, zodat je iedereen meeneemt in je mobiliteitsbeleid en met de inwoners in gesprek gaat over de gevolgen van mobiliteit voor zichzelf en voor anderen. Faciliteer niet alleen de economische groei en bestaande reizigers. Kijk – juist – naar mensen die niet (kunnen of willen) reizen, maar wel de gevolgen van mobiliteitsbeleid ervaren. Ik ben er dan ook groot voorstander van om bij het ontwikkelen, monitoren en evalueren van mobiliteitsbeleid nadrukkelijk de gevolgen voor brede welvaart centraal te stellen.”
"Ik merk steeds meer dat er met een bredere blik wordt gekeken naar mobiliteit, zowel bij opdrachtgevers als bij de doelgroep. We voeren momenteel een inwonersonderzoek uit om input op te halen voor de herijking van het beleidskader Mobiliteit. Een paar jaar geleden zou de nadruk liggen op vragen als waarom reis je met de auto en niet met het ov en hoe kunnen we ervoor zorgen dat je meer met het ov gaat reizen. Nu is de vraag verschoven naar: hoe beoordeel je jouw leefomgeving en welke invloed heb je daar op met je eigen reisgedrag en hoe kan de overheid hierbij helpen?"
Nooit meer afschuiven
"Een eerste praktische vertaling van het integrale denken is om niet meer te denken dat je ‘ergens niet over gaat’. Net als bij andere vakgebieden gaan mobiliteitsoplossingen verder dan bevoegdheden van verschillende overheidslagen. Minder verkeer op snelwegen hangt samen met het parkeerbeleid in steden en dorpen. Een hub aan de rand van de stad heeft pas zin wanneer parkeren in de stad minder aantrekkelijk wordt, er een goed, makkelijk en toegankelijk alternatief is voor het laatste stuk van de reis. Hier komen veel disciplines, overheden en belangen samen. “Het zou enorm helpen als elke regio een regievoerder heeft die bestaande samenwerking aan elkaar koppelt en ‘gaat over’ integrale toekomstbestendige mobiliteit."
Dit artikel is afkomstig uit het Trendboek Mobiliteit 2023. U kunt Trends 2023 hier gratis lezen.