Mobiliteitshubs: dit is wat je moet weten
Het begrip mobiliteitshub wordt gezien als de oplossing voor alle stedelijke vraagstukken waar we mee te maken hebben. Maar hoe ziet zo’n toekomst eruit?
Om die toekomst te beschrijven, is het belangrijk ons eerst eens af te vragen wat de definitie van een mobiliteitshub nou precies is. Gelukkig deed het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) in 2021 onderzoek naar dit fenomeen. Zij noemt de mobiliteitshub een fysieke schakel tussen vervoersmodaliteiten, die naast hun mobiliteitsfunctie ook als concentratiepunt voor ruimtelijke ontwikkeling kan dienen.
Voor wie zijn mobiliteitshubs zinvol?
Met andere woorden: het is een knooppunt waar reizigers kunnen overstappen, om hun reis van A naar B te vervolgen. De hedendaagse reiziger gebruikt namelijk niet langer één vervoersmiddel, maar wil keuze hebben. Op de hubs zijn meerdere (deel)modaliteiten aanwezig, zoals fietsen, scooters, bussen en (elektrische) auto’s. Zo heeft de reiziger zelf de vrijheid om te bepalen hoe hij zich verplaatst, afhankelijk van de situatie op dat moment. Idealiter worden de hele reis en gewenste vervoersmiddelen van tevoren via de app gepland en geboekt. Juist, het principe van Mobility as a Service.
Anderzijds werkt de mobiliteitshub ook als belangrijk sturingsmechanisme voor overheden, omdat zij hiermee grip houden op alle verschillende vervoersstromen. Bovendien kan dit bijdragen aan de beleidsdoelstellingen van deze autoriteiten. Zij kunnen bijvoorbeeld kiezen wat voor (deel)modaliteiten zij in hun stad toelaten, om het vervoer zo efficiënt en schoon mogelijk te organiseren. Dat kan oplossingen bieden in bereikbaarheids- en leefbaarheidsvraagstukken.
Niet alleen de locatie is van belang…
Zeker vanwege de toenemende druk op de openbare ruimte is het in veel steden en dorpen belangrijk dat er geen wildgroei aan deelfietsen of -steps op straat ontstaat. Daarom is het belangrijk dat overheden locaties voor mobiliteitshubs aanwijzen. Dat kunnen bijvoorbeeld drukke locaties zoals het bus- of treinstation zijn, maar ook knooppunten aan de rand van de stad, waar mensen de auto kunnen parkeren om over te stappen op het ov of de deelfiets. Op die manier kunnen overheden het verkeer uit hun centra weren.
Overheden kunnen bovendien het mobiliteitsgedrag van bewoners op nieuwbouwlocaties sturen. Een verhuizing geldt als livechanging event en is daarmee hét moment om het eigen gedrag aan te passen. Door bij deze nieuwbouwlocaties mobiliteitshubs met een gevarieerd aanbod van schone deelmodaliteiten in te richten, zijn ook verstokte automobilisten eerder geneigd hun oude (diesel)auto de deur uit te doen.
…maar ook de inrichting van mobiliteitshubs
Het succes van de mobiliteitshub staat of valt niet alleen met de locatie, want ook de inrichting is van belang. Zoals gezegd kan de hub ook een concentratiepunt zijn voor ruimtelijke ontwikkeling. Daar waar veel reizigers samenkomen, is het vestigingsklimaat voor ondernemers aantrekkelijk. Denk aan vastgoed, horeca en culturele uitingen. Daarmee vergroot de mobiliteitshub de economische activiteit in de stad en wordt het een echte ontmoetingsplek voor mensen, waar het ook aangenaam verblijven is.
Ook zie ik het voor me dat op de hubs flexibele werkplekken oppoppen. Zeker nu digitaal werken voor steeds meer mensen de standaard wordt en men in werktijden varieert, is de hub het perfecte flexibele kantoor. Na het werk kunnen mensen meteen hun postpakketje meenemen, dat hier wordt afgeleverd. Dat reduceert het aantal logistieke verplaatsingen in binnensteden verder en versterkt de beleidsdoelstellingen van overheden.
Wat doen mobiliteitshubs met het milieu?
Om de hubs een beetje aantrekkelijk in te richten, helpt het dat overheden hun hubs van een groene inrichting voorzien. Dat werkt tweeledig. Nieuwe parken en extra beplanting helpen overheden om de CO2-uitstoot te verlagen en hun milieudoelstellingen te halen, maar ook gaat de luchtkwaliteit in de (drukke en vieze) stadscentra erop vooruit wanneer daar minder optrekkende en remmende dieselvoertuigen rondrijden.
Waarom hebben mobiliteitshubs de toekomst?
De voordelen van de mobiliteitshub zijn er dus legio, zoals je leest. Maar waar gaan we ze dan plaatsen? Om te bepalen op welke strategische locaties mobiliteitshubs het beste tot hun recht komen, voldoet de traditionele verkeersmodellering niet meer. Daarin worden verplaatsingen vaak platgeslagen tot één modaliteit en wordt het voor- en natransport niet meegenomen. Zodoende komt de auto vaak nog als ‘winnende modaliteit’ uit de bus en op die manier zal de mobiliteitshub een stille dood sterven.
Hoe draag je bij aan toekomstige mobiliteit?
Daarom werken we bij PTV toe naar een macroscopische verkeersmodellering, waarin meerdere modaliteiten integraal worden meegenomen om langetermijnvraagstukken op strategisch niveau te beantwoorden. Dit doen we met onze verkeersplanningssoftwaretool PTV Visum, waarmee geavanceerde en toekomstbestendige verkeersstrategieën en -oplossingen worden ontwikkeld op basis van GIS-data en het ingebouwde verkeersmodel.
Hiermee kunnen verschillende strategieën en ‘what if’-scenario’s worden beoordeeld voor verschillende vervoerwijzen. De verkeerssimulatietool PTV Vissim kan hierin geïntegreerd worden. Hiermee kan men tot in detail verkeerssituaties in kaart brengen en voorspellen.
Benieuwd hoe PTV Visum vorm kan geven aan toekomstige mobiliteit?
Onze mobiliteitadviseurs helpen u graag verder. Neem contact op.